woensdag 10 april 2013

Er was eens onze Leo, ons Irene, de neusbeer, de brulapen, de vogelspin, de kaaimannen, de schildpadden en de muis…


De voorbije weken heb ik niet stilgezeten. Er stonden heel wat uitstapjes gepland. Zo ben ik met 15 andere studenten naar Brownsberg geweest. Met een volle bus reden we richting onze bestemming. Het eerste stuk van de rit verliep heel vlot, maar wanneer we de bewoonde wereld verlieten en in de ‘jungle’ terechtkwamen, stond ons het eerste avontuur al op te wachten. Langs heel smalle weggetjes reden we bergop. Enkele kilometers voor we onze bestemming bereikt hadden, zat onze bus vast in de klei. Uitstappen en te voet verder gaan was het plan. Boven op de berg kregen we een prachtig uitzicht voorgeschoteld. Je zag er een overvloed aan bomen, het water, eilandjes, en ook Stoneiland waar ik pas naartoe geweest was. Tijdens ons tweedaags verblijf gingen we twee watervallen bezoeken: Leo en Irene. We kregen er ook bezoek van enkele dieren. Zo geloofden we onze oren niet toen we een stelletje brulapen hoorden. Ze hebben de naam zeker en vast verdiend. Ook hebben we kennisgemaakt met een vogelspin en een kleine neusbeer. Larissa mocht, als echte dierenvriend, het neusbeertje verzorgen. Ze mocht het zelfs met zich mee naar huis nemen om het vervolgens naar de dierentuin van Paramaribo te brengen. (Zo heb ik dus met een neusbeer in huis gewoond.) Onze reisgids Sergio maakte er voor ons een onvergetelijk verblijf van. Hij was goed voorzien van verhalen en was ’s avonds een echte showmaker. Misschien heeft onze Belgische Sergio wel inspiratie opgedaan bij onze reisgids, of omgekeerd?

Na deze leuke trip was het tijd voor een boottripje naar de kaaimannen. In een klein bootje voeren we tussen de kaaimannen. Deze trip stond ’s avonds gepland omdat je dan het best deze leuke beestjes kan spotten. In het donker kan je goed de rode ogen zien en is het makkelijker om er eentje te vangen. Vooraleer we vertrokken, kreeg ik te horen dat een week voor ons bezoek iemand twee vingers kwijt raakte bij het vastnemen van een kaaiman. Leuke vooruitzichten dus! Maar al snel had ik door dat ik niet bang moest zijn van deze beesten. De begeleider deed een rekje rond hun bek zodat ze ons niet konden bijten. Toch was de verleiding groot om er eentje vast te houden zonder rekje rond zijn bek. Gelukkig heb ik nu al mijn vingers nog.

Als laatste ben ik, samen met een bende van 20 man, drie dagen naar Galibi getrokken. Galibi is de plaats bij uitstek om ’s nachts schildpadden te spotten die eieren komen leggen op het strand. De eerste nacht zijn we met z’n allen om 1.00u schildpadden gaan zoeken. Dit was echt de moeite waard. Je zag hoe de schildpadden een weg groeven in het zand om zich vervolgens in het zachte zand te nestelen. Daar bleven ze dan geruime tijd liggen om hun eieren in het zand te leggen. Ik mocht aanschouwen hoe de eieren uit het lichaam van deze beestjes komt, zeer smakelijk was dat! Ik ga hier dan ook niet verder over uitweiden. Na een korte nacht was het tijd om naar het buurland Frans-Guyana te varen. Iets slimmer dan de vorige dag, deed ik nu mijn T-shirt en short uit in de boot. De dag ervoor kwamen we allemaal kletsnat uit de boot. Frans-Guyana was een lachertje. Er werd ons verteld dat we daar in een dorpje konden rondwandelen en souvenirtjes konden kopen. Ha-ha. Een verlaten stuk grond kregen we te zien met enkel een klein winkeltje met warme ijsjes en een hutje waar enkele ‘juwelen’ te bewonderen waren. We hadden het er dus al snel gezien en keerden weer naar Galibi. Daar kregen we de tijd om aan het strand te gaan liggen. Al snel viel ik er in slaap en werd ik wakker met een rode rug en rode benen. Ik zal het ook nooit leren… ’s Avonds nestelden we ons met z’n allen op de banken buiten bij het water en speelden we het spel ‘Weerwolven’ meermaals. Twee kleine snotneuzen van acht en tien die ons vergezelden naar Galibi waren verrassend goed in dit spel en speelden iedereen naar huis. ’s Morgens vroeg was het weer tijd om schildpadden te gaan zoeken. Buiten een dode schildpad die opgepeuzeld werd door vogels heb ik niet veel gezien. Op de terugweg stopten we met de boot nog even bij een kleine dierentuin. Daar zaten voornamelijk aapjes die het fantastisch vonden om van de ene persoon naar de andere te springen. Eindelijk kon ik dus eens aapjes aanraken.

Als ik terugdenk aan al deze tripjes, wil ik al meteen terug vertrekken. Nu zitten we hier weer in ons kleine huisje, voor school te werken, naar dezelfde vier muren te kijken. Al drie dagen probeer ik een berg kleren te wassen, maar het regent weer veel waardoor dit niet lukt. Ook voel ik mij altijd heel moe waardoor ik elk moment in slaap zou kunnen vallen. De motivatie om voor school te werken is ook even helemaal zoek. En het bezoek van een muis helpt al helemaal niet om mij op mijn gemak te voelen hier. Vorige nacht duurde het uren vooraleer ik in slaap kon vallen. Naast mijn bed heb ik een zak met chips en snoepjes staan. Toen ik wilde gaan slapen hoorde ik de zak kraken. Toen ik opkeek verdween het geluid. Ik wist meteen dat ik te maken had met een muis. Larissa dacht eerst nog dat ik het mij allemaal aan het inbeelden was en een paar seconden lang dacht ik ook dat ik waanideeën aan het krijgen was, tot ik plots het geluid weer hoorde. Ik maakte nog eens lawaai waardoor het geluid weer verdween. Toen ik het geluid voor een derde keer hoorde, heb ik mijn flesje water genomen en mij uitgeleefd op mijn snoepzak. Na enkele slagen zag ik dat kleine beestje weer onder de kast trippelen. Nu wist ik zeker dat ik te maken had met een muis. Ik opende vanuit mijn bed de deur en gooide zo snel als ik kon mijn eten de gang in. Kon de muis zich daar wat gaan amuseren. Ik bouwde een dam rond mijn bed zodat de muis niet in de buurt van mijn bed kon raken. Even wilde de muis nog proberen om onder mijn bed te sluipen, maar mijn goedgemaakt dam hield hem tegen. Ik heb me vervolgens verstopt onder mijn deken en ben na lange tijd in slaap gevallen. Deze ochtend was ik nog steeds niet helemaal op mijn gemak. Toen Larissa de muis door de keuken zag trippelen en het beest vervolgens naar buiten leidde, werd ik weer wat geruster. Ik heb nu al te maken gehad met apen, kaaimannen, gekko’s, vogelspinnen, schildpadden, neusberen,… en van niets ben ik bang. Maar muizen kunnen mij de stuipen op het lijf jagen. Hadden we de neusbeer nog maar zodat die onze muis kon opeten…

Tijd om inkopen te gaan doen en te gaan kokkerellen bij ‘die van Vorselaar’.


Groetjes, Julie zonder muis, maar met gekko’s, mieren, spinnen en muggen


















Geen opmerkingen: